MET DE KOP IN DE WIND

Traditie en innovatie in de Nederlandse visserij door de generaties heen

Het vissersambacht wordt overgedragen van vader op zoon en valt alleen in de praktijk te leren. Dat geeft een gedrevenheid die vast lijkt te liggen in de genen van oude vissersfamilies. Sommige Nederlandse familiebedrijven bestaan al meer dan 300 jaar. En dat terwijl het visserijbedrijf eigenlijk een hachelijke onderneming is: de visserman moet werken in de natuur en met wat die natuur te bieden heeft, en rekening houden met weer, wind, quota, windparken, natuurgebieden, regels en nog meer regels.

Hoe heeft het familiebedrijf zich de afgelopen honderd jaar staande weten te houden? Hoe draait het familiebedrijf in onze tijd? Zijn de huidige potentiele opvolgers nog wel gemotiveerd om 'af te zien' en het bedrijf van hun voorouders voort te zetten? Welke vernieuwingen zijn nodig om in onze tijd het oude familiebedrijf voort te kunnen zetten? En zijn die moderne eisen nog wel haalbaar voor de jonge opvolgers binnen het familiebedrijf?

Het geheim van oude familiebedrijven die dwars tegen de stroom in overeind blijven? Altijd blijven innoveren, risico's durven nemen en doorzetten om het bedrijf voor de volgende generatie te behouden.

Zaterdag 28 september is het boek gelanceerd. In het kantoor van de Nederlandse Vissersbond op Urk  waren vertegenwoordigers van bijna alle familiebedrijven, die een rol spelen in het boek, aanwezig. Intussen is "Met de kop in de wind" verkrijgbaar in alle boekwinkels die iets van doen hebben met visserij. De 26 vissersfamilies in het boek zijn actief in de zee-, kust-, rivier-, IJsselmeervisserij en in de aquacultuur in Zeeland. Dat deze vissersverhalen mogen bijdragen aan een positieve beeldvorming van de beroepsvisserij. Een sector die hoort bij onze schiedenis en waar wij, als Nederlanders, best wat trotser op mogen zijn.